Voorzitter ZLTO.
Hij ziet het perspectief van de sector met vertrouwen tegemoet. “De groeiende wereldbevolking en stijgende welvaart betekenen niet alleen dat er meer monden zijn te voeden. Daarnaast zal het platteland ontvolken. Dat is één producent minder en één consument meer. De bevolkingsconcentratie in stedelijke conglomeraten dwingt tot intensievere voedselproductiesystemen, dichtbij de steden. Ik zie daar kansen voor de Nederlandse boeren en tuinders en agribusiness. Wij kunnen optreden als gidsland en hebben kennis en ervaring met intensieve en geoptimaliseerde teeltsystemen”, zegt Huijbers, voorzitter van ZLTO, vereniging van ondernemers in de groene ruimte. “Bovendien zijn wij in Nederland ver in duurzaam produceren.”
Prikkels
Maar we kunnen nog best een paar stappen zetten in de verduurzaming, vindt hij. “Het overheidsbeleid moet meer stimulerende prikkels geven, zodat ondernemers op hun eigen manier duurzamere keuzes kunnen maken. Dat geldt ook voor gewasbeschermingsbeleid. Hoge kosten voor chemische middelen maken een boer en tuinder inventief. Zij zoeken dan nieuwe oplossingen die passen bij de verduurzamingsdoelstellingen.”
Duurzaamheid
“In die situatie kan de sector snel verduurzamen. Omdat veel van de agrarische bedrijven familiebedrijven zijn, zit er een soort automatisme in om van zichzelf al duurzaam te zijn aangezien men de grond en het vee goed wil achterlaten. Belangrijk is de vraag of het volhoudbaar is; de echte definitie van duurzaamheid. En: is de oplossing een verstandige in economisch, ecologisch en sociaal perspectief? Als je niet op alledrie scoort, gaat het om een tijdelijke verbetering. De sector heeft daarin nog veel potentie. Uiteindelijk kunnen wij als boeren en tuinders, met de aanwezige kennis en infrastructuur, de eersten zijn die energieneutraal gaan produceren.”